Een kostbare beker uit Limburg

Categorieën:Historie
St. Niet te Kraken

In 1918 nam Go-Ahead deel aan het toernooi (‘seriewedstrijden’ genoemd) om de Oranje Nassau Beker in Heerlen. Dit eendaagse evenement, op zondag 18 augustus, was in het leven geroepen door de directie van de Oranje Nassau Mijnen in Heerlen. Die wilde daarmee het ‘neutrale voetbal’ propageren, als tegenwicht tegen de katholieke geestelijkheid die de voetballiefhebber vanaf de kansel opriep om in de eigen rooms-katholieke bond te gaan spelen.

Na een lange treinreis naar Zuid-Limburg kon het Deventer gezelschap zich al meteen aan de beker vergapen, want deze stond pontificaal uitgestald in een winkeletalage in de hoofdstraat van Heerlen. De eerste aanblik was, vanwege de afmetingen van de trofee, overweldigend. Voorzitter Willem de Rooij zou op dat moment al tot zijn spelers gezegd hebben dat dat “dingetje” mee naar Deventer moest. Dat de waarde ervan werd geschat op ongeveer 2400 gulden zal aan die uitspraak niet vreemd zijn geweest.

Go-Ahead versloeg in de eerste ronde NAC met 1-0, een uitslag die Willem II even later tegen het Zutphense Be Quick kopieerde. MVV-VVV eindigde vervolgens in 3-3, waarna het lot bepaalde dat MVV doorging. Omdat alle wedstrijden op één dag werden gespeeld (de speelduur was één uur) en het tijdschema dus krap was, mochten de Maastrichtenaren de tweede ronde overslaan en waren ze meteen geplaatst voor de finale. Go-Ahead had eerst nog af te rekenen met zuidelijk kampioen Willem II en won met 2-1. De finale ging dus tussen de roodgelen en MVV. Om te voorkomen dat MVV veel frisser aan de start zou staan (het had immers maar één wedstrijd gespeeld) speelden de Maastrichtenaren als tussendoortje een ‘afmattingswedstrijd’ van drie kwartier tegen een Heerlens elftal.

De finale (die wel anderhalf uur duurde) eindigde onbeslist: 1-1. Wederom werd er geloot om een winnaar te bepalen. Het lot was Go-Ahead goed gezind, en dus waren het de roodgelen die de beker uitgereikt kregen door de directeur van de Oranje Nassau Mijnen, mr. A. Haex. Om de beker definitief in de eigen prijzenkast te kunnen bijzetten, diende men het ‘kleinood’ driemaal achtereen te winnen of vijfmaal in totaal.

Go-Ahead trok dus bij de volgende editie van het toernooi met genoegen weer naar Heerlen, al kon er nu niet met de allersterkste selectie worden afgereisd. Het evenement vond deze keer niet plaats aan het begin van het voetbalseizoen, maar al meteen na afloop van dezelfde jaargang, in juni 1919. Go-Ahead bereikte weer de finale, die met 3-1 van VVV werd gewonnen.

Behalve dit sportieve succes was ook het uitstapje naar Valkenburg voor de Deventenaren een bijzondere ervaring. Niet alleen het fraaie Limburgse heuvellandschap, maar zeker ook de onheilspellende duisternis tijdens de dooltocht in de plaatselijke gemeentegrot maakten diepe indruk.

In 1920 werd het toernooi gespeeld met acht clubs, en daarmee een volledig knock-outsysteem. Om die reden was het nu over twee dagen uitgesmeerd: 21 en 22 augustus. En er stond iets op het spel. Een derde overwinning zou immers betekenen dat de kolossale beker definitief mee mocht naar Deventer. Ook de organisatie was hiervan uiteraard doordrongen, en de toernooibezetting loog er dan ook niet om.

Go-Ahead speelde zijn eerste wedstrijd pas op zondag, tegen het Amsterdamse VVA. Dat ging niet zonder moeite, het bleef bij een doelpuntloos gelijkspel. Slechts door loting ging Go-Ahead door naar de volgende ronde, die al meteen de halve finale was. Daarin wachtte opnieuw een Amsterdamse tegenstander: De Spartaan, dat Willem II verrassend met 2-0 had verslagen. Go-Ahead kwam nu op toeren en won vrij eenvoudig met 3-0 door drie goals van Van Putten. Het kon zich permitteren om na de 2-0 al gas terug te nemen om zich zo enigszins te sparen voor de finale.

Tegenstander in de finale was VVV, dat eerst eenvoudig een ‘Limburgs elftal’ met spelers van verschillende zuidelijke tweedeklassers had verslagen (4-0) en in de halve finale MVV had getroffen. Dit laatste onderonsje was na een 2-2 gelijkspel door het lot beslist ten gunste van de Venlonaren.

In de finale in de vroege avond deed Go-Ahead wat het moest doen, zij het weer met de nodige moeite. VVV was voor rust de betere ploeg, zag een doelpunt afgekeurd worden vanwege buitenspel en miste grote kansen. Na rust stelde Go-Ahead orde op zaken en liep toch nog uit naar 3-0.

Het was wederom mr. Haex die de eer had meteen na afloop de prijzen uit te reiken. Elke individuele speler ontving een bronzen herinneringsmedaille, maar Go-Ahead verheugde zich natuurlijk vooral op de kolossale beker. Mr. Haex sprak bij de overhandiging waarderende woorden voor het winnende elftal, maar vergat niet daaraan toe te voegen dat hij niet had kunnen vermoeden dat de trofee reeds zo snel een definitieve eigenaar zou vinden. Go-Ahead-voorzitter De Rooij liet vervolgens in zijn dankwoord weten dat, als er een nieuwe beker beschikbaar werd gesteld, zijn club zich weer graag in Heerlen zou laten zien ...

’s Avonds vierden de Deventenaren in Heerlen nog een feestje, om maandagmorgen – nog steeds in opperbeste stemming – de thuisreis te aanvaarden. Onderweg werd het gezelschap per telegram verzocht in Zutphen een trein te wachten, zodat men in Deventer meer tijd had om voor de helden een feestelijke ontvangst voor te bereiden.

En dat werd het: de spelers werden onder muzikale begeleiding van de trein gehaald en zij brachten de beker in een triomftocht op een versierde platte wagen naar het clublokaal aan de Hofstraat.

Vandaag de dag is de Oranje Nassau Beker nog steeds in het clubhuis van DVV Go-Ahead op de Rielerenk te zien.

Oranje Nassau beker-sm

Author:
Stichting Niet te Kraken

Geef een reactie

Naam*
Email*
Url
Your message*

You may use these HTML tags and attributes: <a href="" title=""> <abbr title=""> <acronym title=""> <b> <blockquote cite=""> <cite> <code> <del datetime=""> <em> <i> <q cite=""> <strike> <strong>