Vanaf midden jaren ’70 tot eind jaren ’80 had GA Eagles een abonnement op het rechter rijtje in de eredivisie. Degradatievoetbal was meer regel dan uitzondering. Jaar in jaar uit startte het elftal de competitie veelbelovend maar keer op keer zakte het af naar de onderste regionen van de eredivisie. Opvallend genoeg wisten de Eagles zich even zo vaak te handhaven, gepaard met strijd, nieuw jeugdig elan en zo nu een dan een wanhoopsactie vanuit de technische staf.
Zo ook in het seizoen 1982-1983. In het begin van het seizoen sprokkelde GA Eagles hier en daar wat puntjes bij elkaar maar gedurende het seizoen kwam de klad er in. Rond de wintermaanden zakte het spel naar een verontrustend laag niveau. Toen in februari de negatieve reeks werd voorgezet met twee ruime en kansloze thuisnederlagen tegen Sparta en PSV en GA Eagles inmiddels was afgezakt naar een één na laatste plaats was de maat vol. GA Eagles stevende rechtstreeks op degradatie af. De paniek bij alles en iedereen die bij de club betrokken was nam toe. Na 20 jaar onafgebroken op het hoogste niveau te hebben gespeeld, was het feit dat degradatie nu op de loer lag onacceptabel. Ingrijpen was noodzakelijk en onafwendbaar.
Zoals gebruikelijk in de voetballerij was de trainer de man die de eerste klappen moest opvangen. Bob Maaskant, die op dat moment zowel trainer als manager was, werd verweten het niet meer op de rit te kunnen krijgen en moest zijn trainerstaken per direct neerleggen, waardoor er ruimte kwam voor een nieuwe trainer. In allerijl werd de trainer van Vitesse, Henk Wullems, aangesteld en hoopte men op het welbekende ‘schokeffect’.
De nieuwe trainer liep lang genoeg in het voetbalwereldje rond om te beseffen dat dit niet voldoende was. Ook binnen de spelersgroep moest er het nodige veranderen om het tij te doen keren. Wat de club op dat moment nodig had was een stevige kwaliteitsinjectie in de, week in week uit, falende achterhoede. Er was behoefte aan ervaring en rust op de cruciale posities. Iemand die de lijnen kon uitzetten en waar de medespelers ontzag voor hadden.
Makkelijker gezegd dan gedaan. Iedere club heeft behoefte aan dergelijke spelers en gezien het beperkte budget van GA Eagles werd het een hele uitdaging om aan deze wens te kunnen voldoen. Maar wie weinig financiële middelen heeft moet creatief zijn en zo toverde de nieuwe technische staf een opzienbarende en vooral gedurfde oplossing uit de hoge hoed. Twee, al gestopte en in het voetbalwereldje bejaarde, voetballers werden benaderd. Jan Jongbloed, destijds 42 jaar en al 1,5 jaar gestopt, werd gecontracteerd en de geboren en getogen Deventenaar Dick Schneider (35 jaar) werd van de amateurvelden van S.V. Zutphen geplukt om een comeback te maken bij zijn oude geliefde club. In hun kielzog werd nog een ervaren spits, Eddy Bosman, van Heerenveen overgenomen die samen met Mike Small, Henk ten Cate en René Eijkelkamp de voorhoede moest gaan vormen. De media was sceptisch over de opvallende aankopen. Ze spraken van paniekvoetbal. Maar ook binnen de club was er verbazing. De pas afgetreden trainer Maaskant noemde het in de krant ‘een onbegrijpelijke zaak’. En de, dan nog, 1e keeper van Engelen noemde het ‘geen stijl’ en ‘wazige politiek’.
Ondanks de druk van buitenaf en de openlijke twijfels van buitenaf voelden Jongbloed en Schneider zich gepaaid en gingen de uitdaging vol overtuiging aan. Ze besloten hun, uiterst succesvolle en reeds beëindigde, profcarrière nieuw leven in te blazen. Een sprong in het diepe. Jongbloed op doel en Schneider als laatste man. Samen met voorstopper Oude Wesselink en middenvelder Woudsma bezat GA Eagles op dat moment misschien wel de meest ervaren selectie ooit van de eredivisie. En het wierp zijn vruchten af.
Het pakte wonderbaarlijk goed uit. De eerste wedstrijd met Jongbloed en Schneider, thuis tegen mede degradatiekandidaat N.E.C., werd vol overtuiging met 5-1 gewonnen. ‘Eagles herboren’ en ‘opzienbarende transfers hebben hun uitwerking op zieke Eagles’ kopten de kranten. Een verdediging dat stond als een huis en twee doelpunten van een geweldig spelende Bosman. Het lek was boven en in de resterende 11 wedstrijden won GA Eagles 6 maal (waaronder alle thuiswedstrijden), speelde 3 keer gelijk en verloor nog maar 2 keer. Het seizoen, waarin begin maart degradatie onafwendbaar leek te zijn, werd afgesloten op een keurige 12e plek. Een wonderbaarlijke ommekeer. Teweeggebracht door terug te vallen op ervaring en een gedegen achterhoede. Een gedurfde maar succesvolle ingreep met minimale financiële middelen.