Verhalen archief
Stichting Niet te Kraken

Go Ahead Eagles gaat Europa weer in. Na 1965 (Celtic, Europa Cup II; 0-6 en 1-0) en 2015 (Ferencváros, Europa League; 1-1 en 4-1) zitten we nu in de relatief nieuwe Conference League. En al meteen in de tweede voorronde. Door de veelheid aan deelnemende clubs uit alle uithoeken van het continent mogen de (nog) mindere goden elkaar in de eerste voorronde al uitschakelen.

Na deze twee tegenstanders die we best Traditionsvereine mogen noemen (beide stammen nog uit de negentiende eeuw), rolde deze week SK Brann uit het Noorse Bergen uit de koker als nieuwe opponent. Wederom een Traditionsverein? Misschien iets minder dan de beide voorgaande, maar zeker een prachtige historische club. Een volksclub met een trouwe achterban, opgericht in 1908 (zes jaar later dan Go-Ahead), in eigen land driemaal kampioen (één keer minder dan Go-Ahead), zevenvoudig bekerwinnaar en meerdere keren verliezend bekerfinalist (een ruime voorsprong voor de Noren), een twintigtal seizoenen met Europees voetbal (idem), een stadion op een en dezelfde plek uit 1919 (één jaar langer dan de Adelaarshorst), ook tussen de huizen gelegen, zij het dat die wel wat sjieker ogen dan de arbeiderswoningen in de Vetkampstraat en omgeving. Bepaald niet te onderschatten dus, en de term Traditionsverein is dan ook best wel op zijn plaats. Maar vooral een club uit een – voor Deventer – Traditionsstadt.

De Adelaarshorst en het Brann Stadion: zoek de overeenkomsten en de verschillen.

Er zijn namelijk al meer dan 700 jaar betrekkingen tussen Deventer en Bergen. In de Middeleeuwen, waarin Deventer deel uitmaakte van het internationale Hanzeverbond, was de handel op Bergen voor de stad erg belangrijk en lucratief. Die handel, per schip over zee, betrof voornamelijk stokvis: aan stokken gedroogde kabeljauw, die door die bewerking zeer lang houdbaar was. Op de vele Deventer jaarmarkten was stokvis een van de belangrijkste producten. Vis was in de Middeleeuwen namelijk het meest gegeten volksvoedsel.

De kooplieden verenigden zich in het Bergenvaardersgilde, dat we al in 1380 voor het eerst tegenkomen. In Bergen hadden de Bergenvaarders zelfs hun eigen wijk; sommige Deventer handelaren bleven er gedurende langere tijd wonen. In Deventer was de herberg Sint Olof, op de hoek van de Lange Bisschopstraat en de Sandrasteeg, een vast trefpunt voor de ‘Sociëteit der Bergenvaarders’. En in de Lebuinuskerk was er een kapel die was gewijd aan hun patroon Sint Olof. Het wapen van de Bergenvaarders is nog steeds op een gewelfschildering uit ca. 1486 in de kerk te zien: een halve adelaar en een gekroonde stokvis op een gele (eigenlijk gouden) en rode achtergrond. Het moet ook de Kowet-supporter onbewust aanspreken.

Het wapen van de Bergenvaarders in een gewelf van de Lebuinuskerk, met schuin daaronder schilderingen van St. Olaf (koning van Noorwegen) en St. Gertrudis.

Als herinnering aan deze bloeiperiode kent Deventer ook nog een Bergenvaardersstraat. Net als trouwens een Schonenvaardersstraat, genoemd naar het gilde van kooplieden die op het schiereiland Schonen (Skåne, in het uiterste zuiden van Zweden) voeren. Dat maakt de loting tegen SK Brann letterlijk en figuurlijk historisch.

Het oude Bergenvaardersgilde leeft vandaag de dag voort in de in 1982 opnieuw opgerichte Stichting Sociëteit der Bergenvaarders, die maandelijks bijeenkomsten organiseert met lezingen, presentaties en discussies over historie, politiek en cultuur in Deventer. De stichting voert een moderne versie van het middeleeuwse gildewapen als logo.

Het logo van de huidige Stichting Sociëteit der Bergenvaarders, teruggaand op het middeleeuwse wapen.

Go Ahead Eagles zelf is de laatste jaren ook een stevige Scandinavische koers ingeslagen. Zo staat er in Deventer op dit moment een heus kwintet aan Scandinavische spelers onder contract, met Jakob Breum, Oliver en Victor Edvardsen, Søren Tengstedt en Willum Willumsson. Je zou bijna gaan denken dat SK Brann als Europese tegenstander niet alleen historisch verantwoord is, maar ook nog eens onvermijdelijk of zelfs voorbestemd was.

Eigenlijk zouden club en supporters in de traditie van de Bergenvaarders even moeten teruggrijpen naar 1911. Op 23 april van dat jaar speelde Go-Ahead in Zwolle tegen ZAC de belangrijkste wedstrijd uit zijn bijna tienjarige bestaan. Bij winst zouden de rood-gelen voor het eerst in de clubgeschiedenis promoveren naar de Eerste Klasse Oost, dan het hoogste voetbalniveau. De wedstrijd leefde enorm in Deventer. Er gingen zo’n 1000 supporters mee. Velen deden dat per trein of per fiets, maar ongeveer 360 enthousiastelingen maakten de reis per boot over de IJssel: de Burgemeester van Marle van de firma Van Egmond & Co was speciaal voor dat doel gecharterd. Go-Ahead won trouwens met 1-3 en promoveerde dus inderdaad. En werd zes jaar later landskampioen.

In de geschiedenis van Feyenoord is de bootreis van supporters naar Lissabon uit 1963 nog steeds legendarisch. Het Nederlandse voetbal telde internationaal nog helemaal niet mee, maar plotseling reikte Feyenoord (toen nog met een ‘ij’ geschreven) tot de halve finale van de Europa Cup I. De voetbalkoorts sloeg toe in Rotterdam. Zo’n 1500 fans reisden met de Groote Beer en de Waterman mee naar de Portugese hoofdstad voor het uitduel tegen het grote Benfica. Ze werden uitgezwaaid door tienduizenden andere uitbundige fans en sympathisanten. Dat Feyenoord verloor (3-1) en uitgeschakeld werd, deed nauwelijks ter zake. Je moest erbij zijn geweest, en het leverde vijftig jaar later een mooie Andere Tijden Sport-documentaire op: Met de boot naar Lissabon: de geboorte van het Feyenoord-legioen in 1963 (nos.nl).

Kan Go Ahead Eagles ook – in de traditie van de aloude Bergenvaarders – met een supportersreis over zee naar Bergen voetbalcultgeschiedenis schrijven? En krijgen we een Go Ahead Eagles te zien dat als ‘moderne Bergenvaarders’ Deventer weer (economisch en sportief) nieuwe voorspoed gaat brengen?

(Met dank aan Stichting Sociëteit der Bergenvaarders)