Van vriendenclubje naar landskampioen.
Begin 20e eeuw besloten een paar vrienden uit Deventer hun moeizaam gespaarde geld bijeen te leggen en er een bal voor te kopen. Het bleek jaren later een prima investering, iets wat op dat moment voor onmogelijk werd gehouden.
De vrienden voetbalden in het worpplantsoen aan de overkant van de IJssel. Het plantsoen was in die tijd ‘bezit’ van de welgestelden van Deventer. Door het mooi aangelegde plantsoen pareerden de rijke burgers in hun mooiste kleding of showden ze de nieuwste fietsen. Na gelang de vriendenclub groeide nam ook de weerstand toe van de elite. De luidruchtige jongensgroep uit de arme binnenstad waren de trouwe bezoekers van het park een doorn in het oog.
Ondertussen hadden de jongens zich, door toedoen en met hulp van een familielid van een van de voetballertjes, verenigd. Deze Oom was voorzitter van de geheelonthoudersvereniging van Deventer en vond het een goede zaak dat de jongelui gingen sporten in plaats van dat ze gingen rondzwerven en al jong aan de drank zouden raken. Iets wat in die jaren zeker niet ongewoon was. Zo werden ze een officiële voetbalvereniging. Noemden ze zich in het begin nog ‘Vooruit’, de officiële naam werd echter ‘Be Quick’.
Dit speelde zich af in 1902. Deventer had al een voetbalvereniging. U.D., een club die voortkwam uit een cricketvereniging opgericht door studenten van de Landbouwschool die gevestigd was in Deventer en die deze traditie overnam vanuit overzeese gebieden. De leden waren zonder uitzondering welgestelden en notabelen. Al snel werd U.D. uitgebreid met een voetbalafdeling. Een sport die eind 19e eeuw werd gezien als een elitesport. U.D. speelde haar wedstrijden op het complex aan de Ossenweerd aan de overkant van de IJssel.
Het waren met name de leden van U.D. die een oplossing aanboden voor leden van ‘Be Quick’. Ze mochten van U.D., enkel op zondagochtend, gebruikmaken van één van de velden van U.D. Hiermee hadden de vaste plantsoen bezoekers geen last meer van de luidruchtige arbeidersvoetballertjes, en stelden de UD-leden een goede daad door de arme inwoners te helpen. Be Quick had nu een voetbalveld dat voldeed aan de eisen.
Hierna ging het snel. Be Quick schreef zich in bij de Zutphense bond en speelde haar eerste officiële wedstrijden. Het ledenaantal steeg en de eerste succesjes werden gehaald. Snel werd besloten zich in te schrijven bij de N.V.B. (de Nederlandse Voetbalbond). Aangezien er al een Be Quick ingeschreven stond moest er van naam worden veranderd. Er werd teruggegrepen naar de eerste naam, maar dan vertaald naar het Engels, iets wat in die tijd gebruikelijk was. Go-Ahead was geboren.
Na een moeizame start klom Go-Ahead gestaag naar de top en dreigde zelfs U.D. te overklassen. Tot grote ontsteltenis van de Go-Ahead leden besloot U.D. dat ze geen gebruik meer mochten maken van de velden. Go-Ahead week uit naar een weiland in Diepenveen waar ze gebruik van mochten maken. Ondanks de ongunstige ligging en het grote te kort aan financiële middelen groeide de club langzaamaan en werd al snel het hoogste niveau op voetbalgebied gehaald. De eerste klasse. De successen bleven niet onopgemerkt bij de gemeente en mede door druk van de vele supporters kreeg Go-Ahead een eigen complex naast het complex van U.D. aan de Ossenweerd.
Inmiddels was het 1916 en Go-Ahead behaalde haar eerst grote titel. Ze werden kampioen van het Oosten en waren U.D. ver voorbij geschoten. Het hield niet op. Doordat ze Oostelijk kampioen waren mochten ze mee strijden om het Nederlands kampioenschap. In Deventer werd nipt verloren van Willem II. Go-Ahead werd tweede. Een jaar laren waren de rollen omgedraaid en werd er historie geschreven. Go-Ahead behaalde voor het eerst de nationale titel. Als eerste club uit het Oosten en als eerste arbeidersclub.